Ga naar de hoofdinhoud Ga naar de zoekopdracht Ga naar de hoofdnavigatie

Doornappel is een zeer giftige plant uit de nachtschadefamilie. Haar grote witte tot lichtpaarse trechtervormige bloemen bloeien van de late namiddag tot de volgende ochtend en verspreiden vooral ’s nachts een zoete geur. Haar vrucht lijkt wat op een paardenkastanje: eivormig met forse stekels met gerimpelde, bruinzwarte zaden die na rijping door de wind worden uitgeschut.

Natuurlijke groeiplaats
Deze pionier groeit in de zeeduinen, op hakvruchtakkers en in moestuinen, op zand- en grindstrandjes langs rivieren, in bermen en ruigten. Verder op ruderale plaatsen en braakliggende grond. Zo komt vrij algemeen voor in het rivierengebied, in de Zeeuwse en Hollandse duinen en het stedelijke gebied, en is elders vrij zeldzaam.
 
Toepassing
Alle delen van de plant zijn giftig, vooral de zaden. Deze plant is daarom niet geschikt op plekken waar kinderen en/of dieren komen. Zaai niet direct in de grond als je verspreiding wilt voorkomen – gebruik bijvoorbeeld potten of plantenbakken – en verwijder zaaddozen vóórdat ze rijpen.
 
Ontwikkeling
Kieming vindt plaats tegen de zomer, waarna vooral de grote getande bladeren opvallen.
 
Ecologische waarde
Doornappel is rijk aan nectar en wordt veel bezocht door nachtvlinders, zoals pijlstaarten, en wilde bijen en hommels. Haar ecologische waarde ligt vooral in specialistische interacties.
 
Overig
Het zaad in de bodem kan wel tientallen jaren kiemkrachtig blijven.

Specificaties

Bestuiving/nectar: Hommels, Vlinders, bijen, zweefvliegen
Bloeimaanden: juni, juli, augustus
Bloeitijd beginmaand: juni
Bloeitijd eindmaand: augustus
Bloemkleur: Wit
Hoogte tot: 100
Hoogte van: 15
Inheems/uitheems: Inheems in Nederland
Levensduur: Eenjarige plant
Licht: zonnige plek
Natuurlijke groeiplaatsen: Akker, Muren/stenen, Verstoorde grond
Vocht: droog
Voedselrijkdom: voedselrijke grond

Specifieke instructies zaaien en verzorging

De zaden van deze warmtekiemer kiemen meestal snel. Een enkele keer laat de kieming wat langer op zich wachten en kan wat onregelmatig plaatsvinden. Het zaaisel gelijkmatig vochtig houden (niet te nat!) bij een temperatuur van 20°C. De zaden licht afdekken (nooit dikker dan de zaaddikte) en de fijnste zaden niet afdekken en alleen licht aandrukken en voorzichtig nat maken met bijvoorbeeld een plantenspuit of gieter.

Algemene verzorginstructies

Doornappel is een zeer giftige plant uit de nachtschadefamilie. Haar grote witte tot lichtpaarse trechtervormige bloemen bloeien van de late namiddag tot de volgende ochtend en verspreiden vooral ’s nachts een zoete geur. Haar vrucht lijkt wat op een paardenkastanje: eivormig met forse stekels met gerimpelde, bruinzwarte zaden die na rijping door de wind worden uitgeschut.

Natuurlijke groeiplaats
Deze pionier groeit in de zeeduinen, op hakvruchtakkers en in moestuinen, op zand- en grindstrandjes langs rivieren, in bermen en ruigten. Verder op ruderale plaatsen en braakliggende grond. Zo komt vrij algemeen voor in het rivierengebied, in de Zeeuwse en Hollandse duinen en het stedelijke gebied, en is elders vrij zeldzaam.
 
Toepassing
Alle delen van de plant zijn giftig, vooral de zaden. Deze plant is daarom niet geschikt op plekken waar kinderen en/of dieren komen. Zaai niet direct in de grond als je verspreiding wilt voorkomen – gebruik bijvoorbeeld potten of plantenbakken – en verwijder zaaddozen vóórdat ze rijpen.
 
Ontwikkeling
Kieming vindt plaats tegen de zomer, waarna vooral de grote getande bladeren opvallen.
 
Ecologische waarde
Doornappel is rijk aan nectar en wordt veel bezocht door nachtvlinders, zoals pijlstaarten, en wilde bijen en hommels. Haar ecologische waarde ligt vooral in specialistische interacties.
 
Overig
Het zaad in de bodem kan wel tientallen jaren kiemkrachtig blijven.

Specificaties

Bestuiving/nectar: Hommels, Vlinders, bijen, zweefvliegen
Bloeimaanden: juni, juli, augustus
Bloeitijd beginmaand: juni
Bloeitijd eindmaand: augustus
Bloemkleur: Wit
Hoogte tot: 100
Hoogte van: 15
Inheems/uitheems: Inheems in Nederland
Levensduur: Eenjarige plant
Licht: zonnige plek
Natuurlijke groeiplaatsen: Akker, Muren/stenen, Verstoorde grond
Vocht: droog
Voedselrijkdom: voedselrijke grond

Specifieke instructies zaaien en verzorging

De zaden van deze warmtekiemer kiemen meestal snel. Een enkele keer laat de kieming wat langer op zich wachten en kan wat onregelmatig plaatsvinden. Het zaaisel gelijkmatig vochtig houden (niet te nat!) bij een temperatuur van 20°C. De zaden licht afdekken (nooit dikker dan de zaaddikte) en de fijnste zaden niet afdekken en alleen licht aandrukken en voorzichtig nat maken met bijvoorbeeld een plantenspuit of gieter.

Algemene verzorginstructies